maandag 31 maart 2014

Sociaal overleg wordt steevast bemoeilijkt

“De invloed van de vakbonden op de loonvorming verminderen.” Zo zien Europese instanties één van de maatregelen die de concurrentiepositie van de EU-lidstaten moeten ten goede komen. Die ‘logica’ verraadt onomwonden wat wordt bedoeld met ‘een Europese economische politiek’.
Ook in menig partijprogramma in ons land wordt fel geschreeuwd om de invloed van de bonden op de loonvorming terug te schroeven. Europees beleid wordt bepaald en goedgekeurd door onze Europese politici. Het wordt uitgevoerd en versterkt door onze lokale, federale en Vlaamse politici.

Loonnorm

De loonnormwet zegt dat het in 2013 en 2014 wettelijk verboden is om collectieve loonafspraken te maken die resulteren in loonsverhogingen. Individuele loonafspraken mogen wel.

In 2011 en 2012 waren collectieve afspraken ook ‘verboden’, een maximale stijging van 0,3 procent in 2012 buiten beschouwing gelaten. Er wordt hardop gedacht en gesproken over het idee om de ‘nulgrens’ te verlengen tot eind 2018.
Dit alles wordt gesteund door zo goed als alle partijen die pleiten voor een loonlastenverlaging ‘voor de werkgevers’. Wie beweert dat dit ook zal leiden tot hogere lonen, is de boel aan het belazeren. Unizo-voorman Karel Van Eetvelt pleitte zelfs als voor een ‘daling van de koopkracht’.

Opzegregelingen

Een zelfde verhaal rond de opzegregelingen. Sinds 1 januari 2014 is het wettelijk ‘verboden’ om in een sector-cao een opzegregeling te voorzien die beter is dan de wettelijke regeling. En dit terwijl bij wet hele sectoren tijdelijk of zelfs definitief van de wettelijke regeling worden uitgesloten. Collectief: geblokkeerd. Individueel: de deur staat nog wel open.

Ook op een ander punt laat Unizo zich niet onbetuigd. Zieke werknemers zijn volgens Unizo eigenlijk ‘sociale fraudeurs’. Unizo wil wél de eigen leden helpen om belastingen niet te betalen. Als de vakbonden vragen collectieve afspraken te maken over controles, geven de werkgevers nooit thuis.
Ben Weyts (N-VA) zei onlangs dat het tijdkrediet moest worden ingeperkt omdat het toch maar diende om ‘wereldreizen te maken op kosten van de gemeenschap’. Ondersteunende stilte bij Unizo.

Monica De Coninck

De minister van Werk, Monica De Coninck, laat nog gauw de Hoge Raad voor Werkgelegenheid een onderzoek doen naar de effecten van de ‘discriminatie’ van ‘hogere lonen’ voor oudere werknemers en hoe dit leidt tot het uitstoten van oudere werknemers op de arbeidsmarkt. Er wordt luidop gedacht aan het niet langer goedkeuren van cao’s die nog met barema’s werken langer dan zeven jaar. Een logica die blijkbaar ook alleen geldt voor collectieve en door de vakbonden afgesproken en verkregen loonregelingen. Individuele oudere werknemers – zeker zogenaamde dure supertalenten – zal niets in de weg worden gelegd.

Als lonen de aanwerving van oudere werknemers belemmeren, hoe is dan de hoge werkloosheid van zelfs opgeleide jongeren met lagere lonen te verklaren? Jongeren moeten blijkbaar maar werken tegen gelijk welke voorwaarde ook, of worden uitgesloten van de werkloosheidsuitkering. Onze minister van Werk zei het ooit zo: “Al wie oren en poten heeft moet werken”.

Als het erom gaat vakbondsrechten – en dus werknemersrechten – te beschermen of misschien zelfs vergroten, blijf je flink op je honger in de meeste partijprogramma’s. Telkens weer wordt het sociaal overleg geschoffeerd. En tegelijkertijd wordt niets ondernomen om het sociale speelveld te beschermen. Onze oproep aan de politieke partijen: herwaardeer het sociaal overleg, in plaats van het onmogelijk te maken.


FERRE WYCKMANS
ALGEMEEN SECRETARIS
 

maandag 10 maart 2014

Parlementairen: maak van Europa een solidair verhaal!

Op 25 mei verkiezen we niet alleen onze federale en regionale volksvertegenwoordigers maar ook onze 22 Europese parlementairen. Het valt te vrezen dat de Europese verkiezingen bij ons zullen worden ondergesneeuwd door discussies over ja dan neen een volgende staatshervorming en de vraag hoe fors een zoveelste lastenverlaging voor de bedrijven moet zijn.

Het probleem met de Europese verkiezingen is het probleem van de Europese beleidsvoering. Europa raakt letterlijk alles en nog wat maar het gebeurt buiten het blikveld van onze democratische besluitvorming. Europa is verkeershinder door de Europese toppen in Brussel. Europa is enige nationale trots omdat onze Herman Van Rompuy de voorzitter van de Raad is. Europa is onze Eurocommissaris Karel De Gucht, van wie we beter de fiscale geschillen kennen dan zijn bevoegdheden. Prijsvraag: wie was onze vorige Europese commissaris? En die daarvoor?


Burgers ergeren zich aan Europa omdat er zoveel geld gaat naar dat over-en-weer-reizen tussen Brussel en Straatsburg. Weinigen worden warm van Europa. Tegelijk creëert Europa veel sociale en economische kilte, vraag dat maar aan de Grieken en Portugezen. Warmte krijgen ze daar van Moeder Natuur, niet van Brussel.


Sluipende verschuiving

Spijtig genoeg zal het in mei ook niet gaan over de infame invloed van de Europese besluitvorming, waarbij Europarlementairen vaak evenzeer van de zijlijn (moeten) toekijken als de gemiddelde Europese inwoner. Qua beslissingsmacht gooit de Europese Commissie meer gewicht in de schaal dan ons federale parlement. In het Belgische parlement ondergaan ze lijdzaam hoe de invloed sluipend verschuift naar Europa. Zelfs de begrotingscontrole wordt toevertrouwd aan een handvol eurocraten. Menig Europees verdrag wordt in ons parlement bekrachtigd zonder inhoudelijk debat en vaak met een snel opgetrommelde meerderheid. Onbegrijpelijk hoe de politieke macht zonder veel gemor wordt doorgeschoven.

Anti-Europese gevoelens worden momenteel vooral verwoord door populistische partijen van rechtse signatuur. Zo hebben zij het monopolie van de anti-Europese gevoelens gekaapt. Wie meer dan ernstige bezwaren oppert, wordt gemakshalve in hun kamp geplaatst. Zo zou je schrik krijgen om nog bedenkingen te maken bij het Europese beleid. Je zou zo eens een rechts discours kunnen steunen.

Concurrentiekracht

In het verleden trokken de vakbonden steevast de Europese kaart. In de hoop en met de terechte verwachting dat een grensoverschrijdend solidair verhaal het zou moeten halen op nationalistische reflexen. Maar wat onze Europese en nationale beleidsmakers ervan gebrouwen hebben, is precies het tegenovergestelde. Nooit gaat Europees beleid over solidariteit. Zelden gaat het over mensen aan boord krijgen. Te vaak gaat het over uitsluiting. En telkens opnieuw draait het rond de concurrentiekracht en –positie. Als Europa en de kandidaten voor het Europees Parlement steun willen krijgen van de werkende bevolking,  zullen ze dus fundamenteel voor een heel ander beleid moeten kiezen.


Eigenlijk is dat de boodschap waarmee wij, samen met het Europees Vakverbond, op 4 april om 11.00u in Brussel deelnemen aan een Europese betoging. Het huidige Europese beleid zint ons niet. De werknemers eisen een sociaal en solidair Europa. Komt dat er niet, dan dreigen ook de bonden een anti-Europees verhaal te ontwikkelen. Een Europa dat tegen de belangen van werknemers handelt, kan geen steun van hen blijven verwachten.


Ferre Wyckmans

Algemeen Secretaris LBC-NVK