De LBC-NVK besteedde, als allereerste van alle sociale
gesprekspartners, al in 2000
aandacht aan het wegwerken van de verschillen
tussen arbeiders en bedienden. Sindsdien verschenen in ons ledenblad vele
pagina’s over het hoe en waarom van die harmonisering. En altijd pleitten we
voor een overlegde oplossing. Deze kwestie verdraagt geen oplossing die door
rechtbanken wordt opgelegd. En ook geen dictaat van de partijpolitiek.
Twee jaar geleden porde het Grondwettelijk Hof iedereen aan om
een oplossing te bedenken tegen begin juli 2013. De klok begon te lopen maar
weinigen vonden het blijkbaar écht dringend.
Eigenlijk zou deze harmonisering tot sociale vooruitgang moeten
leiden. Maar de werkgevers gedragen zich tergend en blijven het dossier
gebruiken om een zogenaamd modern systeem op poten te zetten. De ‘moderniteit’
komt erop neer dat werknemersrechten worden teruggeschroefd. Een soepeler
ontslagrecht zou garant staan voor een betere economische groei. Zo ontnamen de
werkgevers zichzelf eigenlijk de term ‘sociale’ partner.
Zo mogelijk nog schrijnender is dat de politiek ongeveer blind
wil uitvoeren wat de verenigde werkgevers voorstellen. Met de socialistische
minister van Werk, Monica De Coninck, op kop. Op het moment dat we dit
schrijven wijzen in ieder geval alle geruchten die kant op.
Maar het houdt daar niet bij op. Verder in dit blad leggen we
uit wat de regering voor de werknemers in petto heeft voor de
loononderhandelingen in de komende jaren. Veel fraais is er daaruit niet te
besluiten. Het collectief loonoverleg wordt zo goed als zeker onmogelijk
gemaakt.
Mini-jobs
En onlangs lanceerde de zelfstandigenorganisatie Unizo het
voorstel om naar Duits model met mini-jobs en mini-lonen de tewerkstelling aan
te pakken. Bij Open VLD was het dringen om ‘de eer’ wie als eerste deze sociale
destructie extra in de verf mocht zetten. De voorzitter gaat dan voor, en zo
wist Gwendolyne Rutten met ongekende snelheid te melden dat ze volmondig
akkoord ging met de Unizo-voorstellen. Daarin niet tegengesproken door
vicepremier Alexander De Croo. Minister Pieter De Crem (CD&V) wist te
melden dat één en ander nog eerst eens moest worden berekend. Er is nochtans
niet veel rekenwerk aan.
Waar gaat het dan over? De zo aanlokkelijke mini-jobs zijn
‘goed’ (?) voor een inkomen van – maximaal ! –
450 euro per maand. Sociale zekerheid of belastingen moeten er niet op
worden betaald, dat zal mensen aanzetten tot werken want het brutoloon stemt
overeen met het nettoloon. De voorstanders wagen het nog om dit voor te stellen
als een fraaie inkomensverbetering voor de werknemers. Jobs met een inkomen van
450 euro per maand beantwoorden op geen enkele wijze aan het principe van een
waardig loon en zijn het dus niet waard om ‘jobs’ genoemd te worden. 450 euro
per maand, vergeef ons even de stoute vergelijking, dat betekent dat er een
maand of negen mini-job-werk nodig is om zich een racefiets als die van Karel
Van Eetvelt te kunnen aanschaffen. Alle sérieux is blijkbaar weg in de
ongenadige wedstrijd om de lonen naar beneden te halen en heel snel sociale
rechten af te breken. Het woord schaamteloos is voor zulke voorstellen
uitgevonden.
Spiraal
Hoeft het gezegd dat de creatie van mini-jobs en extreem lage
lonen alle andere lonen en sociale uitkeringen onder druk zouden zetten?
Immers, wat voor jobs in de horeca of de zelfstandige kleinhandel kan, moet
daarna toch ook mogelijk zijn in andere sectoren? Open VLD noemde al meteen ook
de zorgsector. En als op 450 euro mini-loon geen sociale zekerheid of belasting
moet worden betaald, waarom zou dat dan nog wel gelden voor de eerste 450 euro
van de ‘gewone lonen’? Kortom, deze voorstellen zullen een nietsontziende
spiraal op gang brengen van verminderde inkomsten voor de sociale zekerheid. En
wie minder inkomsten voor de sociale zekerheid voorziet, komt zeer gewild
terecht bij minder middelen om sociale bescherming te bieden.
We hopen van harte dat het politieke gedweep met deze
werkgeversvoorstellen meteen stopt. De gelegenheid maakt de dief. Maar partijen
die de crisis, de werkloosheid, de Europese ongenadige asociale druk aanwenden
om werknemers van hun rechten te bestelen moeten niet raar opkijken wanneer ze
met krachtdadige reacties worden geconfronteerd.
Sommigen denken blijkbaar nog altijd dat de crisis veroorzaakt
is door de werknemers en dat zij ze dan ook maar moeten oplossen. Meer dan wie
ook zijn het de werknemers en de sociaal verzekerden die de tol al hebben
betaald. Hun bijdrage staat in schril contrast met wat door vermogenden is
bijgedragen. De strijd tegen fiscale fraude wordt ook op Europees niveau,
vooralsnog alleen met de mond, als het belangrijkste strijdpunt beschreven. Het
is benieuwd wachten op effectieve daden.
Ferre Wyckmans
Algemeen Secretaris